Regionaal manifest ter verbetering onderwijsaanbod

De Woensdrechtse onderwijswethouder Lars van der Beek (rechts in beeld) en zijn Steenbergse en Thoolse ambtsgenoten (Cor Zijlmans en Peter Hoek) horen aan hoe de Bergse wethouder Yvonne Kammeijer het woord voert over het gezamenlijke onderwijsmanifest. (Foto: Hans-Jorg van Broekhoven / KIjkopBergenopZoom.nl)

WOENSDRECHT / BERGEN OP ZOOM – Woensdagmorgen hebben de gemeenten Woensdrecht, Bergen op Zoom, Steenbergen en Tholen een manifest gepresenteerd met vijf actiepunten annex hoofdthema's ter verbetering van het regionale onderwijs. Dat gebeurde in een gezamenlijke bijeenkomst van de vier wethouders op het Bergse stadskantoor. De ambities liggen hoog, er wordt zelfs nagedacht over een hogeschool.

Er is een breed onderwijsaanbod in de regio, stellen de gemeenten, maar er zijn wel zorgen over de verdeling en de vraag of er voldoende aansluiting is bij de praktijk. Dat laatse geldt met name voor beroepsonderwijs en het willen behouden van HBO'ers voor en in de regio. In een manisfest, vooral bedoeld als steun in de rug voor de onderwijsaanbieders in de regio, zijn vijf aandachtspunten centraal gesteld:

  • Behoud van het huidige aanbod aan scholen
  • Een goede aansluiting op het bedrijfsleven en toekomstige beroepen
  • Een doorgaande leer- en zorglijn (aansluiting met o.a. jeugdzorg, passend onderwijs)
  • Een doorgaande leerlijn (goede overgangen tussen onderwijs-stadia, van peuteropvang tot voortgezet)
  • Vestiging van een hogeschool (al dan niet fysiek)

Veel wensen

De Bergse wethouder Yvonne Kammeijer stelt: "Goed onderwijs is een voorwaarde voor een economisch gezonde regio, richting zowel het bedrijfsleven als de inwoners. Om dat meer op elkaar af te stemmen kijken we onder meer naar technisch onderwijs en het verbinden van werkgevers aan de scholen." Haar Thoolse ambtgenoot Peter Hoek vult aan: "Er is in de regio een enorme keuzerijkdom, zowel qua scholen als bedrijvigheid. Denk bij dat laatste aan bijvoorbeeld biobased en Maintenance. We moeten dit alleen meer op elkaar aan laten sluiten."

Collega Cors Zijlmans uit Steenbergen meldt dat voor zijn gemeente agrarisch onderwijs van groot belang is. Wethouder Lars van der Beek uit Woensdrecht breekt daarnaast een lans voor de koppeling tussen zorg en onderwijs. Het gaat dan niet alleen om mensen opleiden voor die sector maar ook om de signalerende werking van scholen en het inseinen van instanties wanneer nodig.

De praktijk

Onderwijs moet dus meer aan gaan sluiten bij de praktijk. Om dat te bereiken zou structureler overleg tussen bedrijfsleven en scholen wenselijk zijn, stelt het manifest. Volgens Kammeijer zijn daar al stappen in gezet, met de Dialooogtafels die twee tot drie keer per jaar plaatsvinden. De drie O's daarin staan voor Onderwijs, Ondernemers en Overheid. Daarbij worden mensen uit de praktijk bij die uit het onderwijs aan tafel gezet, juist om over dat soort zaken te praten. Verder zien de gemeenten het voorlopig vooral als een verantwoordelijkheid van de scholen, zegt ze. "We faciliteren en ondersteunen maar het zal toch daar moeten gebeuren."

Aandacht voor techniek

Het manifest is dan ook met name bedoeld om te sturen en inspireren. Er worden wel zo veel mogelijk afspraken gemaakt maar verplichten kunnen gemeenten niet zo veel op dat vlak, al stelt Zijlmans dat er wat hem betreft best meer een regierol zou mogen zijn. Vanwege dat aansluiten bij de praktijk komt Tholenaar Hoek met het plan om al tijdens het basisonderwijs meer aandacht aan techniek te besteden. Nu gaat het veelal om een incidentele rondleiding. Pas op het VMBO is er sprake van snuffelstages en wat uitgebreider rondkijken bij bedrijven, terwijl vaak al op de basisschool een keuze voor een beroep en opleiding wordt gemaakt.

Hogeschool

Of het qua hogeschool-aspiraties ooit van een 'stenen gebouw' komt blijft de vraag, geeft Peter Hoek aan. Maar eigenlijk vinden de gezamenlijke wethouders dat van ondergeschikt belang. Zo'n onderwijsinstelling kan aanhaken bij bestaande voorzieningen en initiatieven, gebruikmaken van locaties die er al zijn. Er wordt vooral gedacht in de biobased hoek maar ook de creatieve sector. Kammeijer wijst op de opleidingen Podium- en evenemententechniek die het ROC nu al aanbiedt hier en ziet mogelijkheden dat uit te breiden.

Kansen genoeg voor de regio, aldus de vier gemeenten, maar het zal wel door met name het onderwijs zelf moeten worden opgepakt en vormgegeven, in samenspraak met de bedrijvigheid en werkgevers in de regio.